Niets zo Vlaams als wielrennen, maar de gezellige dorpssfeer van de Vlaamse kermiskoersen is ver te zoeken in Merckens langspeeldebuut. Felix (debuterend acteur Niels Willaerts) wil het maken als profwielrenner. Hij heeft een basis aan talent, ambitie ten over en een fanatieke vader die zijn eigen gefaalde droom op zijn zoon projecteert. Dit alles blijkt een explosieve combinatie, zeker wanneer hij een contract krijgt bij een Italiaanse semiprofploeg. De jonge renner wordt volgepompt met een uitgebreid assortiment aan brol, epo en testosteron voorop.

Het hart van de film is echter de heftige vader-zoonrelatie tussen Felix en zijn pa (Koen De Graeve). Het is zijn vader die voor hem een drugsdokter zoekt, die hem naar Italië stuurt om daar allerlei chemische smeerlapperij toegediend te krijgen, die hem bloedtransfusies geeft. Het is zijn vader die hem pusht tot hij uiteindelijk bijna breekt. De Graeve levert confronterende scene na confronterende scene als een uiterst complex personage met slechts zeer weinig aantrekkelijke eigenschappen.

Mercken schopte het in 2000 zelf nog tot Belgisch kampioen bij de eliterenners zonder contract, en creëert hierdoor een unieke authenticiteit die de hele film blijft doorschemeren. Als coureur van dienst koos de regisseur bovendien voor een echte wielrenner, wat visueel duidelijk zijn vruchten afwerpt: als Willaerts koerst, koerst hij ook echt.

Wil je weten of deze film hierna nog vertoond wordt? Op maandagavond vanaf 18u kan je het programma raadplegen voor de komende speelweek.